Zijn tijdelijke tiny houses bij Wijbosch nou wel of niet in de strijd met de bestemming van het perceel waarop ze mogelijk komen? En hoe (on)wenselijk zijn de plannen?
De raadsleden van Hart waren er na een bezoek aan Wijbosch snel uit. Vertegenwoordigers van dorpsraad Wijbosch en stichting ‘Handen af van Wijboschbroek’ plus enkele buurtbewoners legden aan Mirjam van Esch en Laurens van Voorst uit dat zulke huisjes niet thuishoren in een gebied dat onderdeel is van het Wijboschbroek en de Natte Natuurparel.
Attentiezone
Met dank aan volgers van de partij weten raadsleden Mirjam van Esch en Laurens van Voorst inmiddels dat het bedachte perceel formeel niet in het Wijboschbroek en de Natte Natuurparel ligt en wél in de ‘attentiezone waterhuishouding’. Dat laatste zegt weinig, want geldt ook voor de bedrijven aan de Nieuwe Molendijk aan het kanaal.
Is de weerstand van ‘Handen af’, dorpsraad en sommige buurtbewoners daarmee onterecht? Nee, vindt Hart.
Dat begint al met de vaststelling dat het zuur is dat geen enkele woningzoekende in Wijbosch ooit op het idee kwam om op een lap gras in het buitengebied te gaan bouwen. En dat zo’n woningzoekende nu mogelijk moet toekijken hoe mensen van buiten het eigen dorp en de eigen gemeente dat wel gaan doen.
Woningnood
Die kans is aanwezig, aangezien bewoning tot maximaal vijftien jaar door het college vergund mag worden. Zonder tussenkomst van de gemeenteraad en zonder de formele bestemming van het terrein aan te passen. Het is door de raad allemaal bedacht om de woningnood onder eigen inwoners snel te verminderen.
[tekst gaat verder onder de afbeelding]
De tiny houses zijn bedacht dicht bij de bebouwde kom van Wijbosch en het Wijboschbroek.
En nee, Hart is niet van ‘Eigen volk eerst’. De partij kent mensen uit Meierijstad die graag in Den Bosch willen wonen en het zou te gek voor woorden zijn als die gemeente een hek rond de eigen bebouwde kom zet. En als alle gemeenten dat zouden gaan doen.
Maar in dit geval wordt het wel erg zuur voor Wijbosch. Want het gaat dus om een perceel dat tot het (fraaie) buitengebied hoort en waarvan de woningen formeel meetellen om de woningnood in Meierijstad te verminderen en dat feitelijk dus niet doen.
Sociale cohesie
En dan laten de mensen van Ecobosch via hun nieuwsbrief ook nog eens weten dat ze ‘minimaal vijftien jaar’ willen blijven ‘met de mogelijkheid tot verlenging’. Nou nee hoor, dat is niet de bedoeling.
Ze schrijven in hun nieuwsbrief dat het hen ‘ook [gaat] om het ‘bevorderen van de sociale cohesie in het dorp’. Dat vindt Hart aanmatigend. Niet alleen hebben kleine dorpen als Wijbosch van nature een sterke gemeenschapszin, ook zijn er geen Bosschenaren voor nodig om de boel te verbeteren.
Dan nog dit. De gemeente Meierijstad werkt momenteel aan een visie voor de toekomst en dat document gaat nadrukkelijk ook over wonen. Hoewel het stuk nog moet worden vastgesteld, is duidelijk dat met uitzondering van de kern Veghel koers wordt gezet op inbreiding boven uitbreiding.
Hart wil dat het college pas besluit over het plan van Ecobosch als de toekomstvisie is vastgesteld. Dat leidt amper tot vertraging, want de gemeenteraad praat er nog voor de zomervakantie over. Verder werkt het college nog aan beleid voor tiny houses. Ook hier geldt: eerst de uitkomsten daarvan afwachten. Meer daarover in het kader hieronder.
Willen we wel tiny houses?
Het college twijfelt zelf nog over tiny houses.
Tiny houses zijn snel en goedkoop te realiseren, maar hebben ok nadelen. Zo gaan ze maar kort mee, in het geval van het plan bij Wijbosch maximaal vijftien jaar. Eerder al schreef Hart over bezwaren van deskundigen, zoals Esther Geuting en André Buys (foto).
Maar ook het college is er nog niet uit wat ze met de huisjes aan moet. ‘Wij zijn bezig met het vormgeven van beleid omtrent nieuwe woonvormen, waaronder tiny houses’, schrijft het college op de website van de gemeente. ‘Daarmee is in de toekomst beter duidelijk onder welke voorwaarden het wel/niet mogelijk is om een tiny house te bouwen en aan welke locaties kan worden gedacht.’
‘Laten we de uitkomst van die zoektocht eerst maar eens afwachten’, stelt fractievoorzitter Mirjam van Esch van Hart.