donderdag
25 apr
Met alweer een brief van de Meierijstadse horecaondernemers wordt het College opgeroepen om het voor die branche op te nemen. Hart las de brief knikkend.
De afdeling Meierijstad van Koninklijke Horeca Nederland (KHN) laat sinds de coronacrisis regelmatig van zich horen. Wie de brieven en andere statements van horecaondernemers in chronologische volgorde tot zich neemt, kan er niet omheen: hier voltrekken zich de bekende fasen van rouwverwerking.
‘We zijn niet blind’
Na paniek en schrik (fase 1) en ongeloof (2), verdronk KHN begin december in de fase van weerstand en woede (3). In een brief aan College en gemeenteraad was te lezen dat de horeca hoe dan ook op 17 januari open zou gaan. Dan maar de wet overtreden.
Afgelopen week kwam een nieuwe brief en daaruit spreekt acceptatie (4): ‘Wij zijn natuurlijk niet blind voor de werkelijkheid en hebben besloten om ons statement aan te passen’.
‘Winkels open = horeca open’
De horeca blijft dicht en troost zich met de gedachte dat de huidige lockdown rechtvaardiger is dan de vorige. Behalve cafés en restaurants zijn immers ook bijna alle winkels dicht. Het brengt KHN tot een voorstel (5, initiatief): ‘Winkels open = horeca open’. Oftewel: zodra de retailers hun deuren mogen openen, moet dit ook voor de horeca gelden. Hart is het er roerend mee eens.
KHN snapt ook wel dat de gemeente daar niks over te vertellen heeft. Maar wat burgemeester Kees van Rooij wel kan: dit voorstel inbrengen in onze Veiligheidsregio, zodat voorzitter Jack Mikkers dat vervolgens in het landelijk overleg van de veiligheidsregio’s op tafel kan leggen.
Vier argumenten
De horecabazen hebben goede argumenten voor hun voorstel. Op de eerste plaats is er natuurlijk een economisch belang. Elke dag dat de lockdown langer duurt, dreigen horecabedrijven om te vallen. De landelijke steunpakketten lijken genereus, maar zijn onvoldoende voor veel ondernemingen binnen en buiten de horeca.
Op de tweede plaats profiteren winkels ervan als de horeca open is. Want ‘in de zomer [is] gebleken dat juist de mix van aanbod van zowel Retail als horeca een sterke combinatie is. Tijdens de horecasluiting zijn ook de Retail omzetten fors lager.’
‘We dragen bij aan de oplossing’
Argument drie: de horeca draagt bij aan de oplossing van de coronacrisis. Dat begreep Hart niet meteen, maar de uitleg van KHN snijdt hout. Want de horeca ‘kan bijdragen aan spreiding van bezoekers in een binnenstad of winkelcentrum. Door goed crowdmanagement kan drukte vermeden worden en zijn te drukke winkelstraten te voorkomen’.
Hart voegt er argument vier aan toe: het is gewoon niet eerlijk als het in winkels druk is en tegelijkertijd cafés en restaurants dicht blijven. Zeker niet omdat de meeste zaken hebben bewezen zich prima aan strenge coronaregels te houden, een uitzondering als De Sok in Schijndel daargelaten.
Een motie, als het nodig is
Overigens komt na fase 5 de laatste fase van rouwverwerking, die van het besef dat de rotperiode ook iets opleverde. Nieuwe inzichten, nieuwe wijsheid en nieuwe energie. Wat Hart betreft is er nog heel wat ondersteuning van overheden en anderen nodig voor de horeca daar aan toe is. Een pleidooi van onze burgemeester om ‘winkels open = horeca open’ zou wat dat betreft een goede aanzet zijn.
Hart wacht de reactie van de burgemeester op de brief even af. Als die reactie er niet komt of niet bevestigend is, dan dienen we een motie in. Maar dat is vast niet nodig. Toch, burgemeester?
Hieronder de brief van KHN Meierijstad.
